Algemene kenmerken zijn
- Familie: Betulaceae
- verspreide bladstand
- bloeitijd april-mei
- eenslachtige bloemen
- eenhuizige boom
- kans op bloeden bij snoei in het voorjaar
Eigenschappen van nature
Betula pendula (ruwe berk) | Betula pubescens (zachte berk) | |
Hoogte | 15-20 meter | 15-20 meter |
Groeiplaats | groeit op arme en droge grond mits voldoende los | groeit op zeer natte gronden maar gedijt ook wel op droge grond |
Klimaat | veel behoeft aan licht | veel behoefte aan licht |
Blad | ruitvormig/eirond/dubbelgezaagd , bladsteel 2-3 cm | eirond/ruitvormig ,onderzijde zacht behaard |
Knop | groen/bruin en spits | groen/bruin, spits en behaard |
Stam | geelwitte en afschilferend | wit en afschilferend |
Gedrag | vrij snelle jeugdgroei, vrij oppervlakkige beworteling | vrij snelle jeugdgroei, oppervlakkige beworteling |
Berk als bonsai
Betula pendula / Betula pubescens
Wil je de natuurlijke vorm van een berk benaderen dan zijn de de klassieke bonsaistijlen nauwelijks toepasbaar. Een berk groeit met een smalle kroon en hangende twijgen.
Een zaailing wordt het derde jaar tot op 15-25 cm ingekort. De nieuwe uitgroei wordt zodra deze 20-30 cm lang is ingekort tot op enkele bladeren. In de top sterker snoeien dan onderin omdat de onderste knoppen moeilijker uitlopen. Bedraden en naar beneden buigen zal tot gevolg hebben dat deze minder goed uitlopen dan de andere takken.
Een mooie witte stam krijg je als er voldoende licht op de stam kan komen b.v. enkele jaren in de volle grond en regelmatig snoeien en het weghalen van overbodige twijgen zodat er veel licht valt op de stam.
Bijzonderheden:
- als de vertakking te dicht wordt sterven complete takken compleet af
- dikke takken niet in voorjaar snoeien (kans op bloeiden)
- scheuten/twijgen zijn goed te buigen en te bedraden oudere takken kun je beter met een spandraad spannen
- bedraad in het voorjaar in de winter bedraden takken sterven vaak af
- scheuten/twijgen worden snel dikker en daardoor is de kans op ingroei erg groot (al soms na een maand)
Betula pendula | |
Cultivars en varieteiten | 'Dalecarlica' (diep ingesnede blad) 'Purpurea' (bruinrood jong blad ) 'Tristis' (treurvorm met doorgaande top) 'Youngii' (treurvorm met een niet doorgaande top) |